Afbreukrisico

Een reden om niet een positie in het openbaar bestuur te ambiëren is het risico dat je reputatie daardoor zoveel schade oploopt dat je moeilijk weer aan het werk komt buiten het openbaar bestuur later. Bedorven waar…

Maar het werkt ook anders merkte ik toen een bevriende journalist meedeed met de verkiezing van de kandidaat namens de Groenen in Parijs voor de verkiezing van de burgemeester. Eén van zijn opdrachtgevers belde hem op met de mededeling dat de arbeidsrelatie was verbroken. Je mag je niet inlaten met politiek als journalist. Dat maar drie partijleden uiteindelijk op hem hadden gestemd binnen die partij die alleen een kans maakt als de anderen uitvallen, dat doet er niet toe.

Als je je huidige werk buiten het openbaar bestuur verliest omdat je interesse hebt in een vacature als wethouder of minister, dan betekent dat dat een enorm reservoir aan goede kandidaten wordt uitgesloten.

Daarom moet het selecteren van bestuurders ook met een aangepaste procedure plaatsvinden. Als ze niet meer uit politieke partijen afkomstig zijn en gaan solliciteren, dan moet die sollicitatieprocedure anonimiteit kunnen garanderen. Als sollicitanten dat aangeven mag niemand van die sollicitatie afweten, tot de kandidaat de eerste selecties heeft overleeft. Pas in de laatste selectieronde worden de identiteiten onthult van de kandidaten die dat niet eerder willen. Vlak voordat dit gebeurt krijgen ze nog de keuze om zich terug te trekken. Bijvoorbeeld omdat ze ondertussen de geanonimiseerde profielen van de andere overgebleven kandidaten goed hebben bestudeerd. Of ze mogen via de sollicitatiecommissie vragen aan een andere kandidaat of die contact wil opnemen zodat ze onderling vast te stellen wie de betere kandidaat is en wie er verstandig aan doet zich terug te trekken.

This post is also available in: Engels