Na de verkiezingen

Na de verkiezingen op 12 september 2012 moet een coalitieregering gevormd worden. Volgens de opiniepeilingen zal dit erg moeilijk worden. Er is geen meerderheid met minder dan drie partijen mogelijk. Het grootste probleem is de polarisatie; de grootste partijen krijg je niet samen in een coalitie. Met de rest kom je moeilijk aan een meerderheid.

Sinds maart 2012 heeft het parlement zichzelf meer vrijheid gegeven bij het maken van een coalitie. Binnen een week na de verkiezingen komt de Tweede Kamer samen om te beslissen hoe een regering te vormen. Voorheen was dit de taak van de koning. Parlement gaat dan iemand aanwijzen die de bereidheid bij partijen gaat onderzoeken om met anderen in een coalitie te vormen. Dit kost waarschijnlijk weken, zo niet maanden.

Mijn voorstel is om het parlement te laten stemmen over een motie om extra-politieke ministers uit ‘de burgerij’ aan te stellen als ministers als het niet lukt binnen een maand tot een coalitie te komen. Op z’n minst zet dit extra druk op het formatieproces. Er is dan een deadline, het kan niet langer eindeloos duren.

Ten tweede kunnen journalisten beginnen goede kandidaten te vinden. Alle voor de hand liggende kandidaten kunnen de vraag beantwoorden “zou u een goede minister zijn?” Normaal gesproken is er tijdens de formatie weinig nieuws. Met deze optie kan het nieuws worden als er weer een nieuwe kandidaat gevonden wordt. Deze kandidaten kunnen uitleggen hoe ze om denken gaan met het parlement. Welke compromissen en oplossingen kan steun van een meerderheid verwachten?

Goede kandidaten zijn typisch geen politieke figuren. De benodigde vaardigheid is om draagvlak te vinden bij een diverse, zelfs gespleten, achterban. Dit is een positie waar de leiders van economische sectoren zichzelf in vinden: onderwijs, zorg, detailhandel, industrie et cetera. De achterbannen staan doorgaans niet anoniem achter voorgestelde oplossingen of posities. Het is hun vaardigheid om de bandbreedte te vinden waarbinnen ze kunnen handelen. Ook de managers van grote multinationals hebben een dergelijke vaardigheid nodig om zowel aandeelhouders, werknemers als wetgevers te plezieren in de verschillende landen waar ze produceren en verkopen. Ze hebben er doorgaans veel plezier in en zijn er trots op als ze binnen de opgelegde beperkingen oplossingen doorvoeren. In tegenstelling tot politici die gekozen zijn op grond van hun overtuigingen en hun vaardigheid die te verdedigen als de beste.

 

This post is also available in: Engels